Dode bomen onder water zijn een goede leefomgeving voor waterplanten en -dieren. In de Nederlandse rivieren liggen op nog maar weinig plekken takken en bomen. We laten daarom op diverse plekken dode bomen in het water zakken en leggen ze veilig vast zodat ze zich niet meer kunnen verplaatsen.
We laten een dode boom onder water afzinken. Dat doen we tussen kribvakken en in geulen, oude rivierarmen en beekmondingen. Zo voorkomen we dat de scheepvaart er last van heeft. Het gaat om zo compleet mogelijke bomen met kluit en takken. We maken deze vast met een ketting en verankeren ze stevig om te voorkomen dat ze wegdrijven. Het rivierhout gaat ongeveer vijftien jaar mee en we houden goed in de gaten of het op zijn plek blijft liggen.
Hout van dode bomen hoort van nature thuis in de Nederlandse wateren. Tegenwoordig komt het nog maar sporadisch voor. Dat komt doordat bomen vaak niet meer direct aan de rivier groeien en drijfhout uit veiligheidsoogpunt verwijderd wordt. Veel begroeiing langs de rivieren is bovendien weggehaald omdat bij hoogwater de doorstroming beter is zonder obstakels. Jammer genoeg gaat deze veiligheid ten koste van de leefomgeving van dieren en planten in rivieren en meren.
We willen graag weer meer rivierhout omdat het een interessante onderwaterbiotoop vormt. Met complete bomen die we gecontroleerd laten afzinken en die we verankeren, ontstaat een goede leefomgeving voor veel planten en dieren. Wieren, algen en mossen vestigen zich op het hout en trekken minuscule waterdiertjes aan. Die trekken weer vissen aan, die ook nog eens hun eitjes kunnen leggen op de rustige plekjes tussen de takken en wortels. Ook vinden vislarven en (jonge) vis tussen de takken een veilig heenkomen. Zo vormt het rivierhout als het ware een zoetwaterkoraalrif dat het ecosysteem verrijkt.
Bij het uitvoeren van maatregelen streven we ernaar bewust om te gaan met materieel en grondstoffen. Waar mogelijk werken we energieneutraal en volgens de principes van circulariteit. Ze proberen we zoveel mogelijk bomen te gebruiken die afkomstig zijn uit een gebied waar ze weg moesten. Om de overlast voor de (natuurlijke) omgeving te beperken, werken we waar mogelijk over het water.
Onderzoek laat zien dat de biodiversiteit toeneemt door hout in het water. Vooral dansmuggen profiteren als inheemse soort van deze ‘onderwaterreservaten’. Het aantal kokerjuffers (schietmotten) neemt toe en die trekken veel vis aan. Daarnaast is het idee dat een hogere inheemse visstand exoten zoals vlokreeftjes en slijkgarnalen uit de Kaspische zee kan terugdringen.
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.
Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.
Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.
Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.